We beginnen met die eerste vraag. Ja, is het korte antwoord. De scholierenverkiezing heeft een voorspellende waarde. In grote lijnen is bij iedere verkiezing hetzelfde patroon te zien als bij de echte verkiezingen. In 2021 was dat ook weer zo. Zowel bij de scholieren als een dag later bij de volwassenen was de VVD het populairst. D66 kwam in beide verkiezingen op plaats twee.
Verschuivingen heftiger
Wel zijn de verschuivingen bij de scholierenverkiezingen heftiger, ziet de organisatie ProDemos. Een partij die sterk wint, wint onder scholieren nog sterker. Omgekeerd geldt hetzelfde voor de verliezende partijen.
Dit was de uitslag gisteren:
ProDemos wijst er nog wel op dat bepaalde partijen structureel lager scoren dan bij de echte verkiezingen, bijvoorbeeld het CDA en de PvdA. Andere partijen scoren structureel hoger, bijvoorbeeld D66 en GroenLinks.
Ook nieuwe partijen en behoorlijk rechtse partijen scoren bij de scholierenverkiezing vaak hoger. Dat laatste is nu duidelijk te zien. Allim uit Alphen aan den Rijn twijfelde tot het laatste moment tussen DENK en Forum voor Democratie. In deze video vertelt Allim hoe hij tot zijn keuze is gekomen:
In het hoofd kijken
Waarom doen PVV en FVD het bij tieners zo goed? “Dat is wel lastig om te beantwoorden. Ik kan niet in het hoofd van de jongeren kijken”, zegt een woordvoerder.
Jelle Jolles is neuropsycholoog en emeritus hoogleraar aan Universiteit Maastricht en Vrije Universiteit Amsterdam. Hij legt uit dat tieners op een andere manier worden beïnvloed dan volwassenen. “Het sociale brein is in deze leeftijdsfase belangrijker voor de keuzes die ze maken dan het cognitieve brein. Ze worden veel meer beïnvloed door hun vrienden, maar die zijn net zo ver als zijzelf. Ze weten nog niet hoe de wereld eruitziet.”
Dat bij jongeren bepaalde partijen op links en rechts hoog scoren en middenpartijen laag, is niet heel verrassend. “Daar is veel onderzoek naar gedaan. In de periode dat je midden in het leven staat, stem je breder. Als ik terugdenk, toen ik begin 20 was stemde ik ook anders. Later kreeg ik een beter beeld van de verschillende partijen.”
Jolles is het niet eens met de stelling dat jongeren beter zijn in ‘onafhankelijk nadenken’, zoals Baudet zei. “Dat is juist niet zo. Hij zegt dat omdat de uitslag hem goed uitkomt. Er is juist verschrikkelijk veel bewijs voor het tegendeel.”
Beargumenteerd keuzes maken
Soms wordt gesteld dat tieners goed zijn in keuzes maken, zegt de hoogleraar. “We denken vaak dat jongeren goed voor ogen hebben waar ze naartoe willen, maar dat is niet zo. Ja, ze kunnen natuurlijk heel goed kiezen. Maar dat kunnen kleine kinderen ook: laat ze bij een ijsje kiezen tussen de smaak aardbei of pistache en ze zullen aardbei kiezen omdat dat is wat ze kennen. De vraag is of ze beargumenteerd keuzes kunnen maken. Jongeren kiezen veel meer op basis van hun onderbuik en datgene wat hun vrienden of ouders zeggen.”
Jongeren stemmen dus op basis van de informatie die ze krijgen. Die informatie komt bijvoorbeeld van TikTok, waar Baudet heel actief is. “Jongeren zijn gevoelig voor oneliners en simpele statements. Daar zijn Wilders en Baudet goed in. Die kunnen problemen terugbrengen tot één zin. Jongeren denken nog heel concreet. Ze moeten nog leren om abstract te denken en om te kiezen op basis van rationele argumenten.”
Dat kan allemaal wel zo zijn, dat betekent niet dat we deze scholierenverkiezing niet serieus moeten nemen. Dat zegt Bert Bakker. Hij doet voor de UvA onderzoek naar de invloed van emotie op politieke voorkeuren. “Emoties spelen bij álle kiezers een rol”, benadrukt hij.
Bakker vindt dat de verschillen tussen jongeren en volwassenen vaak te groot worden gemaakt. “We doen alsof jongeren een hele specifieke soort mensen zijn, dat is niet zo. Ik denk als je het vergelijkt met volwassenen, dat tieners niet op een heel andere manier tot hun keuze komen. Ja, cruciaal is welke informatie je krijgt, maar dat geldt voor alle leeftijden. Ook onder volwassenen is lang niet iedereen een politieke junk. Er zijn ook veel volwassenen die zich nooit laten informeren.”
Verlagen kiesgerechtigde leeftijd
Bakker gaat zelf zo ver, dat hij ‘heel erg’ is voor het verlagen van de kiesgerechtigde leeftijd. “Zeker ook voor alle uitdagingen waar Nederland voor staat, zou je jongeren een kans moeten geven. Zij leven nog het langst. In Oostenrijk is de leeftijd verlaagd naar 16 jaar en daar zie je weinig negatieve effecten. Het is bijvoorbeeld niet zo dat ze geneigd zijn na verloop van tijd af te haken.”
Neuropsycholoog Jelle Jolles is voorzichtiger. Hij vindt het belangrijk dat de mening van de jongeren wordt gehoord, maar zegt ook: “Onze samenleving heeft niet voor niks besloten dat je pas na je 18de alcohol mag kopen. En dat je pas rond die leeftijd je rijbewijs mag halen. Er zijn jongeren die een IQ hebben van boven de 120 en zo naar het hoger onderwijs kunnen, maar nog steeds oliedomme dingen doen. Dat hoort bij de levensfase.”