Een andere reden voor het relatief lage aantal besmettingen is de vaccinatiegraad, zegt Van Rijn. “Ook dat weten we niet zeker, maar het kan zijn dat boeren die vorig jaar veel zieke schapen hadden, veel gevaccineerd hebben,” legt de viroloog uit. “Daarnaast zijn dieren die vorig jaar ziek zijn geworden nu immuun.”
Het virus wordt overgedragen door knutten, kleine muggen die niet van wind houden. “De zuidwestenwind langs de kust zou ervoor kunnen zorgen dat er minder dieren besmet raken, maar dit geldt waarschijnlijk alleen voor het gebied tot aan de duinen,” zegt Van Rijn.
Knutten
Sinds april konden schapenhouders hun dieren laten vaccineren tegen het virus. Naar schatting is zo’n 90 tot 95 procent van de schapen gevaccineerd. Dat er nu zoveel schapen toch ziek worden is volgens Van Rijn dan ook moeilijk te verklaren. “Het vaccin houdt het virus niet goed tegen, dat is wel duidelijk.” Gevaccineerde schapen gaan wel minder snel dood dan schapen zonder vaccin.
Van Rijn verwacht dat de piek van de uitbraak nog niet is bereikt. “In Noord-Holland valt het tot nu toe mee, maar het is pas augustus. Als het virus binnen een maand van Oost-Nederland naar Denemarken kan reizen, kan het snel gaan. Ik maak me grote zorgen over hoe dit zal aflopen.”