Rond de paasdagen is het altijd een drukte van belang rond de boerderij van Broersen in Warmenhuizen. De asperge-oogst is dan in volle gang. In de kassen zie je dan lange rijen met bakken vol wit goud staan, keurig verstopt onder een zwarte, plastic deken om ze zoveel mogelijk zonnewarmte te geven. Nu, eind december, zien die kassen er heel anders uit.
“Voor ons begint het seizoen nu weer. Sinds de laatste oogst eindigde in juni, hebben we de aspergeplanten eigenlijk met rust gelaten. Het was tijd om te groeien, nu is het tijd om te snoeien. Het gewas staat inmiddels 2,5 meter hoog. Twee maanden terug was alles groen hier. Nu sterft het af en gaat de kracht weer naar de plant, de wortels toe. Dan maakt hij nieuwe aspergestengels aan”, vertelt Sem Broersen.
Mannetjes en vrouwtjes
Die aspergeplanten kan je zo’n tien jaar lang gebruiken. Door na elke oogst de plant te laten groeien, groeit ook onder de oppervlakte alles door. “We zitten nu op het zevende jaar. Een plant geeft door de groei steeds meer asperges. Maar er is een kantelmoment. De kracht moet verdeeld worden. Als je te veel asperges aan een plant krijgt, worden ze op den duur te dun. Maar die van ons kunnen nog wel even mee.”
Tekst gaat verder onder de foto.